werken met een visuele beperking: Dania João
“Ik zoek geen baan, ik zoek een plek waar ik tot bloei kom” – Mijn verhaal over werken met een visuele beperking
Mijn naam is Dania João en ik werk als gastvrouw bij de Rechtbank Amsterdam. Dat is iets waar ik trots op ben, want de weg ernaartoe was niet vanzelfsprekend. In deze blog wil ik mijn verhaal delen over hoe ik leef en werk met een visuele beperking — en hoe ik mijn weg daarin gevonden heb.
Wat je niet ziet, betekent niet dat het er niet is
Ik ben niet geboren met mijn beperking. Rond mijn derde of vierde jaar merkten mijn ouders dat er iets mis was met mijn ogen. Uiteindelijk werd ik geopereerd in Angola vanwege staar aan beide ogen. Helaas is die operatie niet goed gegaan. Mijn ogen zijn toen ernstig beschadigd. Sindsdien zie ik met mijn rechteroog nog maar 45 procent, en met mijn linkeroog alleen schaduw. Ik mag geen nieuwe operatie meer ondergaan.
Toch zien mensen mijn beperking vaak niet. Ik ben positief ingesteld en probeer zo zelfstandig mogelijk te functioneren. Daardoor denken mensen soms dat ik alles aankan, maar dat is niet zo. Ik moet juist heel bewust omgaan met wat ik wél kan.
“Ik leer elke dag hoe ik het beste met mijn beperking kan omgaan.”
In mijn dagelijks leven gebruik ik allerlei slimme oplossingen. Ik lees bijvoorbeeld alles digitaal, omdat ik dan het contrast en de kleuren kan aanpassen. Licht is voor mij heel belangrijk — als het te donker is, krijg ik snel hoofdpijn of oogklachten. Ook vermijd ik fietsen in het donker, want al die verschillende lichtbronnen en prikkels zorgen voor chaos in mijn hoofd.
Op mijn werk helpt het ook om creatief te zijn. Bij de rechtbank werk ik op een plek met veel ramen. Als de zon fel naar binnen schijnt, zie ik de mensen niet goed binnenkomen. Ik heb gevraagd of ik een zonnebril mag dragen, maar dat werd afgeraden omdat ik een representatieve functie heb. Toch hoop ik dat mensen begrijpen hoe belangrijk dat voor mij is.
Ik kies mijn werk heel bewust
Ik weet dat ik niet alles kan, en daarom solliciteer ik alleen op functies waarvan ik zeker weet dat ze bij mij passen. In het verleden heb ik gewerkt in de peuteropvang, bij de thuiszorg, als oppas, en als gastvrouw op verschillende plekken. Ik ontdekte bijvoorbeeld dat ramen zemen niets voor mij is — ik zag de strepen niet. Dat was een leerervaring. Maar mensen welkom heten, de rust bewaren en overzicht houden: dát ligt mij goed.
Ik ben nu op mijn plek in de sector justitie en veiligheid. Het liefst werk ik zelfstandig en op een plek die goed bereikbaar is met het openbaar vervoer. Reizen naar nieuwe locaties kost mij namelijk veel energie.
Ik ben een ochtendmens met een duidelijke balans
Mijn energieniveau is goed, vooral als ik werk doe waar ik blij van word. Zet me de hele dag achter een computer en ik raak sneller moe. Maar in contact met mensen kom ik juist tot leven. Ik zorg goed voor mezelf: ik sport, eet gezond en ga op tijd naar bed. Maximaal vier dagen per week werken en tot 36 uur — dat past het best bij mij.
Wat ik belangrijk vind in een werkomgeving
Ik functioneer het best als ik mezelf mag zijn. Ik wil gerespecteerd worden, net zoals ik anderen respecteer. Wat mij echt helpt, is een leidinggevende die oog heeft voor mijn talenten. Iemand die kan luisteren, duidelijk communiceert, geduld heeft en de mens achter de werknemer ziet.
Helaas heb ik in het verleden ook het tegenovergestelde meegemaakt. Een leidinggevende die vooral zendt, commandeert en weinig luistert. Dat maakt het moeilijk om te groeien en belemmert het hele team. Voor mij is het belangrijk dat ik de ruimte krijg om mijn eigen weg te vinden — met begeleiding, maar niet met controle.
Tot slot
Ik zie mezelf niet als iemand met een beperking, maar als iemand met een andere manier van leven. Als ik werk mag doen waar ik goed in ben, dan bloei ik op. Ik wil niet zomaar een baan — ik zoek een plek waar ik tot mijn recht kom. Waar mijn bijdrage telt. En waar ik met mijn kracht, creativiteit en doorzettingsvermogen een verschil kan maken.